Copyright: Jan A. Baaijens, jongerenpastoraat
Waarom is reformatorisch bevrijdingspastoraat nodig?
Zijn de gaven van de Heilige Geest al ontdekt
in de reformatorische gezindte?
Deze gaven zijn beslist nodig in de geestelijke strijd.
Worden de charismata uit 1 Kor.12:4-11 wel ervaren en benut? Ze zijn bedoeld voor de opbouw en bescherming van de gemeente, het lichaam van Jezus Christus.
We lezen in 1 Kor.12:28: ‘God heeft nu sommigen in de gemeente een plaats gegeven: ten eerste apostelen, ten tweede profeten, ten derde leraars, vervolgens krachten, daarna genadegaven van genezingen, vormen van hulpverlening, bestuurlijke gaven, allerlei talen.’ Hoeveel van deze gaven zijn er nog te vinden binnen onze kringen? God heeft ze gegeven – staan we er wel open voor? Hoe kunnen we worden opgebouwd en beveiligd als er belangrijke steunpilaren en bouwstenen ontbreken? Waar is het cement van liefde en acceptatie om een eenheid te vormen? Paulus schrijft ook ons in Ef.4:1-3: ‘Zo roep ik, de gevangenen in de Heere, u op tot een wandel die de roeping waarmee u geroepen bent, waardig is, in alle nederigheid en zachtmoedigheid, met geduld, door elkaar in liefde te verdragen, en u te beijveren om de eenheid van de Geest te bewaren door de band van de vrede.’
Vervullen we onze roeping?
Als we zo onze roeping vervullen, zullen anderen door ons geestelijk niet in de knel komen. Dan worden er geen nuttige bouwstenen uit de muur verwijderd. Dan gaan we samen in de wapenrusting van God op de verdedigingsmuur staan. Dan zullen de demonische invloeden worden geweerd en verwijderd. Dan zullen we in Refostad in vrijheid en liefde onze Koning kunnen dienen en eren!
Er is al volop demonische infiltratie aanwezig
In het artikel ‘Occulte gevaren bij reformatorische christenen’ wordt aangetoond dat er volop demonische infiltratie aanwezig is binnen de reformatorische en protestantse kringen. Door deze ontmaskering kan er gericht worden gewaakt en gestreden in de geestelijke wapenrusting. Dit kan niet buitenom het geloof in de Overwinnaar Jezus Christus. Het gaat in dit artikel ook over de geestelijke bevrijding van de demonische machten en het bevrijdingspastoraat. Het is duidelijk dat het bevrijdingspastoraat weer een plaats moet krijgen binnen de reformatorische gemeenten. De noodzaak wordt verschillende artikelen op de deze website duidelijk aangetoond!
In het genoemde artikel lees je ook dat het bevrijdingspastoraat volop werd gepraktiseerd in de eerste eeuwen van het bloeiend christendom. Het gebeurt nog steeds op zendingsvelden, bij evangelisaties en tijdens geestelijke oplevingen. We zien het ook bij Luther en de puriteinen.
Het wordt uitgebreid behandeld in het boek op het PDF document hieronder. Het is vooral bedoeld voor reformatorische christenen, die zich erin zullen herkennen. De gevaren, opwekkende woorden en het zoeken naar oplossingen komen in dit boek aan de orde. Er kan op de link worden aangeklikt. Met het pijltje linksboven kom je daarna weer terug op dit artikel van de website.
BOEK OCCULTE GEVAREN BIJ ORTHODOXE CHRISTENEN
Waarom doen we het nog niet?
In tegenstelling met veel andere christelijke stromingen heeft het calvinisme zich bijna niet bezig gehouden met het bevrijdingspastoraat. Dit komt omdat Calvijn het bevrijdingspastoraat heeft afgeschaft. Hij ageerde hierin tegen de misstanden in de Roomse kerk. Een veilig alternatief hebben de reformatorische christenen gevonden in het zich afzijdig houden van de wereld en het zich af te schermen in de eigen christelijke bolwerken. Tot op zekere hoogte heeft dit lange tijd goed gewerkt. Deze beschermingsmuur biedt in het digitale tijdperk echter geen goede afscherming meer tegen de wereldse verleidingen en occulte invloeden.
Probeer occulte infiltratie tijdig te voorkomen
We moeten de eerste beginselen van het kwaad leren ontdekken en weerstaan. Let op de beginnende oorzaken! Waardoor kan het kwaad zich wortelen in het geestelijk leven? Ontdek daarna de eerst groei van de demonische leugens en het geestelijk bedrog. Ga bij het ontdekken van geestelijke problemen zo snel mogelijk in gesprek en gebed. Bij toenemende geestelijke problemen worden tegenwoordig veel christenen naar de psychiatrische hulpverlening verwezen, terwijl ze daarvoor al geholpen hadden kunnen worden in het geestelijk pastoraat. Het reformatorisch bevrijdingspastoraat dat ik voorstel is er op gericht om erger te voorkomen.
Hebben we de gevaren in het vizier?
We dienen daartoe zo vroeg mogelijk de schadelijke voedingsbodem voor occulte infiltratie te reinigen. Daarom is de gave van de onderscheidingen van geesten zo nodig (Zie 1 Kor.12:10) . We moeten van de Heere kennis van zaken ontvangen met betrekking tot de principes van de geestelijke wereld. We zullen de strijd bij voorbaat al verliezen als we geen inzicht hebben in de strategieën van de geestelijke boosheden in de lucht. We moeten de gevaren die ons bedreigen in het vizier hebben. Daarbij behoren wij de zwakke plaatsen in de muur te beschermen en te versterken.
Boosaardige aanvallen op christenen
De demonen van satan zijn uitgegaan tot in de strengste christelijke bolwerken, om de jongeren en zelfs de gelovigen te beïnvloeden. De reformator Luther is voor onze kringen weer actueel geworden, wanneer hij ons leert:
‘Vandaag bedreigt de duivel de kerk met de ergste van alle denkbare vervolgingen: hij opereert namelijk zonder vervolging en biedt ontspanning en zekerheid. Wee ons, die zo door overvloed en welvaart verblind worden, dat we bij de duivel in de val lopen.’
Red de vluchters in de duisternis!
Er zijn zorgelijke ontwikkelingen gaande in gezin, kerk en maatschappij. In het digitale tijdperk hebben de wegduikende en wegglijdende jongeren onze waakzaamheid en aandacht zeker nodig. Zij glijden weg in een wereld vol verleiding en geestelijke gevaren. Velen raken in de digitale smeltkroes geestelijk verwrongen en emotioneel beschadigd. De eeuw van de bezorgdheid heeft zich gevestigd in het hart van de vluchters in de duisternis. Kwellende demonen grijpen met hun klauwen argeloze jongeren aan. Zij persen het afgestompte geweten nog verder uit, zodat er geen geestelijk gevoel meer in overblijft.
Kies voor de afdwalende jongeren!
Veel afdwalende jongeren kiezen voor de wereld van tijdelijk genot, maar wij kiezen voor hen! Wij kiezen voor licht en leven en willen schijnen in hun duisternis. Wij zijn de personen die hen een reddende hand kunnen bieden. Zelf hebben ze het ten diepste niet door in welk gevaar ze zich bevinden. Laat de jongeren niet los, ook al varen ze (tijdelijk) een andere koers. Zij hebben behoefte aan aandacht en liefde. Ze hebben biddende ouders nodig. Ook als ze ouder zijn geworden hebben ze nog behoefte aan een vader die tijd voor ze heeft en met ze praat. Ze willen een moeder die aan ze denkt en ze liefheeft. Als ze niet meer met je willen praten, ben je ze kwijt.
Als je recht door zee gaat kun je ze later nog wel eens tegenkomen in je eigen vaarwater. Als Jezus ons levensschip bestuurt, komen we eenmaal in de veilige haven aan. Daarom blijven we nodigen: ‘Kinderen, kom aan boord!’
Kom niet in het vaarwater van de oude slang
De grote draak, de oude slang, duivel en satan, is nog steeds met zijn demonen de wereld aan het misleiden (Openb.12:9). De mensenmoordenaar, die het vooral ook op jongeren heeft gemunt, is naar beneden gekomen in grote woede, omdat hij weet dat hij nog maar weinig tijd heeft (Openb.12:12). Hij komt tot de moderne jongeren als de verleidende slang om hen te vergiftigen met slopend gif van agressie, depressie, verderf en verwoesting. Een groot percentage van de jeugd wordt momenteel meegesleurd in de verleidende rivier van satan.
De strijd om de jeugd speelt zich ook af binnen de muren van ‘Refostad’. De vijand is via internetaansluitingen en media volop actief binnen de poorten. Occulte invloeden bedreigen ook de reformatorische gezindte! Het wordt nu hoog tijd om binnen de christelijke afbrokkelende bolwerken de strijd aan te binden tegen de occulte machten!We worden opgeroepen vanuit Spr.24:11: ‘Red hen, die ten dode gegrepen zijn, wend u niet af van hen die ter slachting wankelen.’ (St. vert.: ‘Want zij wankelen ter doding, als Gij u onthoudt’). In andere vertalingen lezen we: ‘Red hen die weggeleid worden om te sterven’ – ‘Bevrijd hen die ter dood veroordeeld zijn, doe alles om hun leven te redden’.
Breng ze het reddend Evangelie
Een niet goed bewerkte en lege akker van afdwalende jongeren wordt volop ingezaaid door het slangenzaad. Waar het Evangelie geen vrucht heeft gedragen, kan het verderfelijke slangenzaad zich goed ontwikkelen. Als er geen goede gewassen op de akker van het hart staan, is er ruimte voor onkruid. Strooi daarom al vroeg het zaad van het Evangelie op de akker van het hart van de kinderen en jeugd. Strooi het uit op hoop van zegen. Het Evangelie heeft in de reformatorische gezindte al veel vrucht gedragen. Zijn we vruchtdragende en aantrekkelijke bomen, waaronder de jongeren nog willen schuilen? Wat hebben we ze te meer bieden dan de wrange vruchten van de wereld? Mogen onze kinderen de vruchten plukken van onze geestelijke opvoeding?
Er zijn genoeg beloften in Gods Woord voor onze jongeren. Wij mogen weten dat het zaad de HEERE God zal dienen, zoals we lezen in Ps.22:31: ‘Het nageslacht zal Hem dienen.’ Wij moeten Gods daden, kracht en wonderen aan de kinderen te vertellen, ‘opdat ze hun hoop op God stellen en Gods daden niet vergeten, maar Zijn geboden bewaren’ (zie Ps.78:4-7).
Godsdienstige occulte gevaren binnen het bolwerk
Er zijn ook occulte infiltraties binnen de eigen bolwerken, waardoor christenen geestelijke belast, gebonden en soms zelfs bezeten raken. Dit wordt veelal sterk onderschat en niet onderkend. De godsdienstige demonen zijn voor de christenen het moeilijkste te onderscheiden. Ze doen zich zelfs voor als engelen van het licht. Paulus heeft het in 2 Kor.11 over de satan, die zich voordoet als een engel van het licht. In de pastorale brieven wordt juist wel veel aandacht besteed aan de strijd tegen demonische invloeden op godsdienstig gebied. Paulus voerde een intensieve geestelijke strijd tegen het wettisch denken en het judaïsme. De wettische Joden waren ook de grootste vijanden van Jezus en Zijn Evangelie. Zij zeiden zelfs tegen Pilatus dat Jezus volgens hun wet moest sterven (Joh.19:7).
Satan is een wettische geest, die goed thuis is op religieus gebied. Hij is zelf veroordeeld en denkt juridisch. Hij is als ‘de aanklager van de broeders’ uit op wraak, vergelding, beschuldiging en veroordeling. Dat negatieve denken infiltreert via zijn onderdanen in de gedachten van godsdienstige mensen. Daarom zijn zoveel wettische mensen kritisch naar andere christenen die op bepaalde gebieden afwijken van hun eigen godsdienstige ideeën.
Hij probeert zelfs de gelovigen te verleiden om terug te keren naar de zwakke en arme eerste beginselen (the miserable principles), zoals je dat onder meer ziet in Gal.4:9. Hij strooit met zijn demonen negatieve gevoelens in de harten. Hij werpt ook uiteen als de diabolos. Hij veroorzaakt door zijn negatieve beïnvloeding verwarring, twijfel, (innerlijke) problemen, onenigheid, twisten en valse schuldgevoelens in de harten van kerkmensen en gelovigen. Hij probeert gelovigen te ontmoedigen door moedbenemende omstandigheden in het gezin, in de kerk of op het werk. Er kunnen kwellers op je weg worden geplaatst. Als je daarbij geen goed gebruik maakt van de vleugels van het geloof en het gebed, kun je gemakkelijk worden meegesleurd in onderlinge conflicten en worden onder gedompeld in probleemsituaties.
De demonen beïnvloeden de gedachtewereld en de innerlijke gevoelens, zodat je door naar verkeerde inspraken te luisteren en er in te geloven, spoedig kunt worden meegenomen in de giftige maalstroom van de ziekmakende geesten.
Een ongezond geestelijk leven geeft openingen
Als een gelovige geen gezond geestelijk leven leidt, kunnen demonische invloeden vat op hem krijgen. Door (voortdurend) toe te geven aan bepaalde zonden in zijn leven geeft hij openingen voor occulte machten, die op dit gebied op de loer liggen. Dan worden zaken in ons leven verslavend en dwangmatig. Geestelijke depressiviteit is meestal het gevolg. Wij hebben dan gebed en hulp nodig. De zonden moeten aan het licht worden gebracht. Na belijdenis, berouw en (bevrijdend) gebed kunnen we dan door Gods genade worden ontlast.
Zie maar hoe dit zich heeft afgespeeld in het leven van bepaalde gelovigen uit de Bijbel. Denk hierbij aan Jakob, David en Petrus. De oude bedrieger Jakob moest steeds weer ‘Israël’ worden. De gelovige Jakob kon niet op de tweede plaats leven en heeft na zijn dubbelhartige bedoelingen en eigenzinnigheid wel zo’n 22 jaar in depressiviteit en gemis geleefd, omdat hij ‘zijn Jozef’ kwijt was. Hij zocht de eerste zegen van God niet op de juiste afhankelijke wijze. Een zware geestelijke belasting bleef jarenlang zijn deel, totdat Jozef (als een voorbeeld van Jezus) weer aan zijn leven werd toegevoegd.
Na de zonde met Bathseba wilde David zijn zonde verborgen (= occult) houden en bleef er een geestelijk depressieve David over (Ps. 32: 3-4). Bij het plan tot een zondige, hoogmoedige volkstelling staat er zelfs in 1 Kron.21:1: ‘Toen stond de satan op tegen Israël, en porde David aan, dat hij Israël telde.’
Geestelijke aanvallen op gelovigen
Dr. Martyn Lloyd Jones geeft ons hierin inzicht in zijn boek ‘Oorzaken en genezing van geestelijke depressiviteit’. Hij schrijft ons in hoofdstuk 4: ‘We hebben de strijd des geloofs te strijden, en die gericht tegen de overheden, tegen de machten, tegen de geweldhebbers der wereld, tegen de geestelijke boosheden in de lucht. En daarom moeten wij voortdurend voorbereid zijn op aanvallen vanuit die hoek; en veel van die aanvallen zijn gericht op het tot stand brengen van geestelijke depressiviteit.’
Hij verklaart ons dat satan listig te werk gaan, als een engel des lichts. Hij is er op uit om het werk van God te vernietigen. Hij vervolgt: ‘Vanaf het ogenblik dat we christen worden, krijgt satan speciale belangstelling voor ons en stelt hij alles in het werk om ons er onder te krijgen, en hij weet daar vaak geen betere weg voor dan ons ongelukkig te maken.’
De satan begeerde zeer om de discipelen te ziften als de tarwe, (Luk.22:31). We lezen verder dat de Jezus sprak tot Petrus ‘Maar Ik heb voor u gebeden, dat uw geloof niet zal ophouden; en gij, als gij eens zult bekeerd zijn, zo versterk uw broeders.’
Ook gelovigen kunnen occult worden belast
Het blijkt ook uit andere voorbeelden in de Bijbel dat afwijzing, zonde, eigenzinnigheid, zelfzucht, hoogmoed, teleurstelling, pijnplekken, twijfel en moedeloosheid zelfs gelovigen vatbaar maken voor occulte belastingen. Er komen dan gaten in de verdedigingsmuur van de stad mensenziel, waardoor boze, kwellende machten heerschappij gaan uitoefenen.
Een gelovige hoeft geen willoos slachtoffer te zijn
Een gelovige hoeft niet een willoos slachtoffer te zijn van de boze machten en het kwaad dat hem worden opgedrongen. Er is een geestelijke wapenrusting, die moeten aangedaan, om krachtig te kunnen zijn in de Heere en in de sterkte van Zijn macht (Ef.6:10-11). Het is duidelijk dat het in onze misleidende samenleving zeker nodig is om de identiteit en de activiteiten van satan en zijn demonen te herkennen. Zodoende kunnen we ons tijdig wapenen en goed voorbereiden in de geestelijke strijd. Satan wil verdelen en heersen… laat je niet door hem inspireren. Jezus Christus leert ons nederigheid en zachtmoedigheid. Zie op Hem! Laat je inspireren door de Heilige Geest!
Zie op Jezus en volg Hem op Zijn weg
Wilkin van de Kamp heeft het bekend boek ‘Zeven stappen op weg naar vrijheid’ geschreven. Hij behandelt de weg naar de vrijheid in vanuit het lijden van Jezus. Hij schrijft erover: ‘Ik wil u helpen in zeven stappen Jezus na te volgen in de weg die Hij ging om u te redden, te vergeven, te verlossen, te reinigen, te genezen en te bevrijden. De weg naar vrijheid loopt enkel en alleen via de zeven wonderen van het kruis.’ In het nuttige en inspirerende boek vind je veel kenmerken van occulte infiltratie. Je kunt jezelf eraan toetsen.
Het is Gods doel met het leven van een gelovige dat deze vanuit de Wijnstok Jezus Christus een leven van overvloed zal leiden. Jezus is ook de goede Herder. Hij leert ons in Joh.10:10: ‘De dief komt alleen maar om te stelen, te slachten en verloren te laten gaan; Ik ben gekomen, opdat zij leven hebben en overvloed hebben.’
Wilkin geeft aan: ‘Helaas leven nog veel christenen in een kringloop van mislukking omdat ze niet kunnen breken met bepaalde zonden in hun leven. Ze gaan gebukt onder enorme schuldgevoelens en weten niet waar en hoe ze deze last kunnen kwijtraken. De woorden van Jezus zijn zo waar. De duivel is een gemene dief. Hij is er op uit uw blijdschap te stelen, uw vrede, uw gezondheid en uw levenskracht. Het is zijn doel om uw huwelijk te vernietigen, uw relaties met degenen die u lief zijn, ja, zelfs uw relatie met God de Vader. Het is de hoogste tijd dat hij ook in uw leven ontmaskerd, ontwapend en overwonnen wordt!’
Een beschadigde verdedigingsmuur
Vaak is er infiltratie op deelgebieden in het leven van een geestelijk belast of gebonden persoon. Een gelovige kan weten dat hij onder de heerschappij van Jezus is gekomen. De Heilige Geest leidt hem in het besturen van zijn geestelijk leven. We kunnen dit vergelijken met ‘Stad Mensenziel’ (van John Bunyan). Er kunnen enkele bressen zijn geslagen in de muur, waardoor er verkeerde invloeden van demonen binnenkomen. Deze invloeden zijn alleen merkbaar in de wijken daar in de buurt. Zo kan iemand een zwakke plek hebben in zijn verdedigingsmuur door afwijzing. Hij is daardoor emotioneel beschadigd. De weerstand brokkelt af. De infiltratie in de gedachten blijft maar aanhouden. Op den duur neemt hij het in zijn denken op en is hij op dit gebied occulte belast. Als er geen bevrijding komt van deze indringers, zal deze gelovige steeds meer terrein kunnen verliezen.
Pas op voor het zwakke gevoel
De zwakste plaats is het gevoel. Jongeren leven nog veel uit het gevoel. De geest van deze eeuw is geworden ‘als het voor mij goed voelt, is het goed’. Jongeren worden dus gepakt op hun gevoel. Ze worden gemanipuleerd in hun emoties. Als wij ze geen warmte, liefde en een gevoel van geborgenheid kunnen geven, gaan ze het ergens anders zoeken. Daardoor komen er veel in de gevarenzone. Ze worden meegelokt, gaan vervolgens te ver mee, en raken emotioneel beschadigd.
Waardoor raken ze in het gezin emotioneel beschadigd?
Ik heb veel te maken met emotioneel beschadigde jongeren. Veel van hen zijn in hun eigen gezin verbaal of lichamelijk beschadigd. Autoritair ingestelde christelijke vaders kunnen hun wet gebruiken als een zweep, waardoor ze hun kinderen mishandelen. Kinderen worden soms vernederd, moeten presteren boven hun vermogen of worden opgevoed tot hulpeloosheid. Daardoor worden ze afhankelijk van de sterke persoon boven hen, en groeien ze niet op tot zelfstandigheid.
In de puberteit komen de harde botsingen, waardoor ze steeds meer vluchtgedrag gaan vertonen. Dit is ook het geval als jongeren langdurig worden gepest. Deze emotioneel beschadigde jongeren worden in hun vluchtgedrag vatbaar voor demonische infiltratie. De machteloosheid die ze in de normale leefwereld hebben, proberen ze dan om te zetten naar gevoelens van power en macht in het computerspel of bij het beluisteren van ruige muziek met gewaagde, opstandige teksten.
Geef ze liefde en een helder Evangelie
Had dit niet voorkomen kunnen worden door ze de liefde, aandacht en geborgen te geven die ze nodig hadden? Als ze het goed hebben bij ons, ontvluchten ze ons niet. Had dit vooral niet voorkomen kunnen worden als ze een helder Evangelie hadden kunnen omhelzen? Hebben veel ouders niet meer te bieden dan een leeg testament? Angstvallig klampen ze zich vast aan de tradities, normen en waarden van de eigen kring, terwijl ze niets kunnen vertellen van een persoonlijke relatie met de Heere Jezus. Ze hebben het Evangelie zelf afgewezen en kunnen het dus ook niet doorgeven aan hun kinderen.
Ik merk steeds meer dat ‘het onder de duim houden door de wet’ niet meer werkt bij de reformatorische jongeren.
De verleidingen zijn te sterk geworden. Door het computergebruik en de liefde tot de wereld zijn vele al te onverschillig en verblind geworden. De bedreigingen door de wet en het komende oordeel maken op veel jongeren geen indruk meer. Ze geloven het gewoon niet en het interesseert ze ook niet. Ze reikhalzen wel naar de nieuwste digitale uitvindingen, waardoor ze nog meer mogelijkheden hebben om het bedwelmende water van de wereld te drinken. Ze hebben niet door dat daar het gif van satan mee is vermengd. Plotseling en ongedacht kunnen ouders hun kinderen kwijt zijn. Maar velen van hen waren als eerder vertrokken… toen ze nog slaperig in de kerkbank zaten.
Als we nu niet nog meer gaan inzetten
op het bevrijdende Evangelie,
zullen er binnen korte tijd nog veel meer jongeren afhaken!
Ik sta in de frontlinie en durf dat te beweren. Ik zie ook dat een welmenend aanbod van genade en een op het hart gerichte boodschap van het Evangelie ingang vindt bij veel reformatorische jongeren. Je kunt de bewijzen hiervan vinden onder verschillende titels van de website.
Breng godsdienst niet als een kille religie,
maar als een warme relatie!
Dit zal de redding worden voor de reformatorische jongeren.
Het Evangelie van Jezus Christus zal ze redden.
Dan hoeft er niet meer zo vaak gebeden te worden voor occulte belaste jongeren en ouderen. Als ze eenmaal de waarheid hebben ontdekt, zullen ze werkelijk vrij zijn.
Voorkompastoraat is:
tijdig de jongeren de waarheid van het Evangelie brengen.
Door het woord van Jezus zullen ze gaan geloven. Hij zegt Zelf in Joh.8:31: ‘Als u in Mijn woord blijft, bent u werkelijk Mijn discipelen, en u zult de waarheid kennen, en de waarheid zal u vrijmaken.’ Veel onkundige reformatorische christenen willen Jezus op een afstand houden en niet aan het woord laten vanuit het Evangelie. Ze zijn hierin geïndoctrineerd door de leugengeesten van de vader der leugenen – die wil in de kerken mensen bij Jezus vandaan houden. Hij gebruikt daar religie voor.
Godsdienstige mensen worden door religie verleid
Door religie kun je godsdienstige mensen gemakkelijk verleiden. Wettische godsdiensten, zoals de roomse kerk en het mohammedanisme, trekken veel godsdienstige mensen aan. Ze binden hun onderdanen door wettisch denken, maar bieden geen bevrijding door het Evangelie. Het reformatorisch bevrijdingspastoraat moet daarom ook gericht zijn op de bevrijding vanuit het wetticisme.
Door reformatorisch bevrijdingspastoraat
moet men worden bevrijd vanuit het wetticisme
Veel belaste en gebonden mensen zijn dwangmatig wettisch ingesteld. Ze gaan diep gebukt onder schuldgevoelens, minderwaardigheidsgevoelens, angstgevoelens, hun gemis en tekortkomingen. Die gevoelens moeten dus niet worden gevoed in in de gezinnen, de gemeenten en in de prediking. Het Evangelie maakt ons vrij van de wet en de wetmatigheden waaronder we gebukt kunnen gaan.
De waarheid van het Evangelie zal de reformatorische gezindte kunnen redden van de verdere afval!
Betovering door wettische geesten
Paulus schrijft verontwaardigd aan wettische Galaten in Gal.3:1-2: ‘O dwaze Galaten, wie heeft u betoverd om de waarheid niet te gehoorzamen; u voor wie Jezus Christus eerder voor ogen is geschilderd alsof Hij onder u gekruisigd was? Dit alleen wil ik van u vernemen: Hebt u de Geest ontvangen uit de werken der wet, of uit de prediking van het geloof?’ Volgens Paulus zat hier demonische dwang achter. Ze waren onder de invloed van twee machtssferen. De Studiebijbel verklaart: ‘Ze dreigen uit de macht van Christus in die van de wet terecht te komen. Dat is alleen te verklaren uit een geest van toverij en van leugen.’
Het reformatorisch bevrijdingspastoraat is dus ook nodig voor gebonden mensen die door een boze geest van wetticisme zijn betoverd. Dat is nogal wat! Dit verklaart ook de hardheid waarmee wettische mensen anderen kunnen bejegenen en veroordelen. Zij staan vaak het felst de verkondiging van een onvoorwaardelijke Evangelie tegen. Ze veroordelen op scherpe wijze jongeren die tot geloof en bekering zijn gekomen. Zij vallen duidelijk onder een aantal verderop genoemde kenmerken van occult gebonden mensen. Zij hebben dus de prediking van het geloof nodig (Gal.3:2). Sommige mensen kunnen zich in hun wettisch denken zielig veilig voelen in het stuk van de ellende. De Studiebijbel geeft aan bij Gal.3:2:
‘De wet toont alleen de armoede van een mens,
het Evangelie maakt een mens rijk.’
Let ook maar eens goed op Gal.3:23. We lezen daar: ‘Voordat het geloof echter kwam, werden wij dor de wet bewaakt, als gevangenen opgesloten, totdat het geloof geopenbaard zou worden.’ De wet geeft dus gebondenheid. Je zit dan geestelijk opgesloten in de gevangenis van de wet. Daar moet je dus uit worden bevrijd. Als dat nog in je denken zit, heb je pastorale begeleiding tot bevrijding nodig.
Je moet onder de macht van de oppasser van
de gevangenis der wet worden uitgehaald.
We lezen verder in Gal.3:24-25: ‘Zo is dat de wet onze tuchtmeester geweest tot Christus, opdat wij uit het geloof zouden gerechtvaardigd worden. Maar als het geloof gekomen is, zijn we niet meer onder de tuchtmeester.’ In de Willibrord Vertaling: ‘Staan wij niet langer onder de oppasser.’ Volgens de Studiebijbel past de wet als pedagogische voorbereiding op de openbaring in Christus niet bij een tuchtmeester in die tijd en ook niet in het betoog van Paulus. De Joden waren dus (historisch gezien) onder de tuchtmeester van de wet tot op Christus. Daarna is het geloof gekomen en dat sluit dus de gebondenheid onder de wet uit.
Je bent dus onder de wet óf een gelovige in het Evangelie. Als je nog onder de wet leeft, moet je worden bevrijd door de bevrijdende boodschap van het Evangelie. Dat is de weg die naar de Waarheid en het Leven leidt. Jezus roept ons toe in Joh.14:6: ‘Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven.’
Zie op Jezus voor herstel en vrijheid
Wilkin van de Kamp laat ons in zijn boek ‘Zeven stappen op weg naar vrijheid’ op het lijden van Jezus op Golgotha zien. schrijft over het doel van zijn pastorale gids: ‘In dit boekje wil ik u helpen zeven belangrijke stappen te zetten op weg naar volledige vrijheid en herstel. U kunt dit boekje zelfstandig doornemen, in een kleine groep of samen met een pastoraal werker doorlopen. Wanneer anderen voor u gaan bidden voor bevrijding, is het van groot belang dat u deze zeven stappen gaat zetten.’
Wij moeten ons inderdaad geheel op Jezus gaan richten. Door Zijn genadig handelen is het mogelijk dat we in Zijn vrijheid komen te staan. Door in onze hulpeloosheid op Hem te zien, straalt het bevrijdende Licht ons tegemoet.
Kenmerken van occulte infiltratie
Als er blijvende infiltratie, geestelijke belasting of gebondenheid aanwezig is, moet dit eerst worden herkend en erkend. Er moet ook een gelovig uitzien zijn naar redding, herstel en bevrijding. Het huis moet na de bevrijding niet leeg blijven, ander kunnen zelfs meerdere kwade geesten daarna intrek gaan nemen in het slachtoffer. We lezen in Luk. 11:24-26: ‘Wanneer de onreine geest van de mens uitgevaren is, zo gaat hij door dorre plaatsen, zoekende rust; en die niet vindende, zegt hij: Ik zal weerkeren in mijn huis, waar ik uitgevaren ben. En komende, vindt hij het met bezemen gekeerd en versierd. Dan gaat hij heen, en neemt met zich zeven andere geesten, bozer dan hij zelf is, en ingegaan zijnde, wonen zij aldaar; en het laatste van die mens wordt erger dan het eerste.’
Wilkin heeft een vragenlijst (of Questionnaire) in zijn boek opgenomen, die iemand voor zichzelf moet invullen. Daar kan dus samen met een hulpverlener over worden nagedacht. Daar zitten ook vragen bij over de familiegeschiedenis en (mentale)gezondheid. Slaapproblemen, stress en verslavingen kunnen worden aangegeven. Vluchtgedrag en verslavingen zijn kenmerkend bij occulte infiltratie.
Zwakke plekken in de verdedigingsmuur
Ik noem een aantal van de genoemde mentale problemen, die kunnen wijzen op infiltratie door boze machten en zwakke plekken in de verdedigingsmuur:
Gevoelens van onbekwaamheid en minderwaardigheid
Een negatief zelfbeeld, onzekerheid, bezorgdheid en twijfel
Ongeduld, frustratie, jaloersheid en wantrouwen
Zelfrechtvaardiging, verwarde gedachten en Godslasterlijke gedachten
Dwangmatige gedachten en handelingen
Trauma’s, het horen van stemmen en hallucinaties
Herbelevingen, angsten, fobieën en hechtingsproblemen
Emotionele problemen en infiltratie
Ik noem nu emotionele problemen die ingang bieden aan occulte machten:
Boosheid, woede, driftbuien, haat, agressiviteit, bitterheid en wrok
Afwijzing, schaamtegevoelens en schuldgevoelens
Het terugkerend gevoel tekort te schieten, bezorgdheid
Verwarde, felle of oncontroleerbare emoties
Eenzaamheid, neerslachtigheid en zwaarmoedigheid
Depressiviteit, angst het verstand te verliezen
Angst geliefden pijn te doen, angst voor de dood
Angst zelfmoord te plegen, verlangen naar de dood
Geestelijke vijandschap en onverschilligheid
Op geestelijk gebied kan er ook een angst zijn om te bidden of in de Bijbel te lezen. Sommigen willen niet dat anderen voor hem of haar bidden en zijn vijandig tegenover het (praten over) het geloof. Er is nogal eens sprake van grote vijandschap tegenover God, Jezus Christus en het werk van de Heilige Geest.
Geestelijke onverschilligheid en afgestomptheid zijn kenmerkend voor uiterlijke christenen die lang de boodschap van het Evangelie hebben tegengestaan. Een ernstige lijdelijkheid met wereldzin laten de invloed van kwade machten in het leven zien.
Veel kerkmensen liggen al jaren onder het oordeel van de verharding
In de basislessen Geestelijke groei van Arjan Baan en Etienne Maritz lezen we over de gevolgen van verharding en demonische invloeden: ‘Ten aanzien van de zonde: onverschilligheid, zonden worden niet als zonde gevoeld en erkend. Verstoktheid en verharding ten opzichte van God en Zijn oordelen, ondanks de ernstige vermaningen, innerlijk vloeken, godslasterlijke gedachten, spotzucht, geestelijke hoogmoed, wetticisme, fanatisme, eigengerechtigheid, godsdienstwaanzin.’ (zie verder blz.164).
Els Nannen noemt in haar boek ‘Van occultisme tot bevrijding’ onder meer de volgende kenmerkende gevolgen van occulte infiltratie:
‘Rusteloosheid, uitzichtloosheid, grote innerlijke duisternis, ondanks snakken naar bevrijding, waanvoorstellingen, vreselijke gedachten, onverzoenlijkheid, uitgesproken eigenzinnigheid, grote zelfzucht, wraakzucht, praatziekte, zucht tot lasteren, voortdurende twist en strijdzucht, vernielzucht, abnormale geslotenheid, leugenachtigheid (een leugengeest), binding aan personen.’
Op weg naar vrijheid in Christus
In het boekje ‘Op weg naar vrijheid in Christus’ van dr. Neil T. Anderson worden ook stappen naar bevrijding van zonde en gebondenheid genoemd. Daarin worden ook veel vragen gesteld om occulte infiltratie te herkennen. Op de weg naar geestelijke bevrijding en vrijheid is het van belang dat de boeken ‘Overwinning over de duisternis’ en ‘De Bevrijder’ van dr. Neil Anderson worden gelezen. Ook als reformatorische hulpverlener is het goed om deze boeken te lezen. In het boek ‘De Bevrijder’ zijn praktische richtlijnen te vinden voor het bevrijdingspastoraat. Zijn boeken sluiten aan bij onze reformatorische achtergrond.
Het is goed dat we onze geestelijke inzichten uitbreiden!
Anderson stelt dat godslasterlijke, veroordelende en beschuldigende gedachten geen macht over ons hebben als we ze niet geloven. Ze komen van de demonen. We moeten ze niet overnemen, maar verwerpen. Het is goed om de invallende gedachten te delen met een pastoraal werker. In het eerstgenoemde boekje van Anderson heeft hij het ook over het hebben van ‘herhalende, tergende gedachten, zoals: Ik ben dom, ik ben lelijk, niemand houdt van mij of ik kan niets goed doen – alsof er zich een gesprek in het hoofd afspeelt’.
Het kan ook zijn dat iemand na een ernstige situatie een verbond heeft gesloten met de dood. Daarna kan het zelfs regelmatig worden uitgesproken: ‘Ik wil dood’. Daardoor spreekt iemand een vloek over zich uit.
Hoe Karin tot licht kwam
Een jonge vrouw was eens bij st. De Hoop opgenomen. Ze wordt Karin genoemd in het boek ‘Als Jozef je zoon is’ van Teun Stortenbeker. Ze was christin en al goed geholpen. Ze kwam alleen nog vaak te laat bij het morgenontbijt. Toen een begeleidster haar in haar kamer opzocht, lag ze met haar hoofd onder het deken. Bij het openschuiven van het gordijn deed ze het deken nog meer over zich heen. Het was alsof ze bang was voor het licht. Tijdens het gesprek dat volgde vertelde ze eindelijk haar verhaal. Ze vertelde: ‘Als ik het ’s morgens licht zie worden, krijg ik een akelig gevoel over me, ik heb een hekel aan de dag.’
Als kind had ze meegemaakt dat haar vader bij de overburen was doodgeschoten. Ze gaf te kennen: ‘Ik heb niet alleen een hekel aan de dag, maar aan het hele leven! Dat heb ik al vanaf mijn zevende jaar. Sinds de dag dat mijn vader werd vermoord.’ Toen het haar werd meegedeeld was ze naar de zolder gerend en onder haar deken gekropen. Ze zei: ‘Ik heb geschreeuwd en gehuild, en herhaalde voortdurend de woorden: ‘Ik wil niet meer leven, ik wil dood.’
Nu had ze nog een hekel aan het licht van de aanbrekende morgen. De begeleidster heeft haar toen ‘een bevrijdingsgebed’ laten bidden. Karin heeft daarbij het verbond met de dood verbroken en bad met passie in haar stem: ‘Ik wil leven, Heer!’ Daarop werd ze bevrijd van de occulte belasting, en ze kon daarna getuigen hoe God haar tot het licht had gebracht! Teun Stortenbeker schrijft erover: ‘Vanaf dat moment veranderde haar hele houding. Het was alsof ze toen pas tot leven kwam, en Karin is sindsdien een stralende christen, die graag aan anderen vertelt hoe Jezus haar van de duisternis in het licht heeft gebracht.’
Demonen zijn aanstokers van zonde en ziekte
Er zijn ook mogelijke gevolgen van occultisme op lichamelijk terrein, waardoor (chronische) ziekten ontstaan. De demonen zijn de aanstokers van zonde en ziekte. Bij het uitwerpen van demonen door Jezus zien we dat er ook wel sprake was van bepaalde ziekten (zoals doofheid en stomheid).
Verder kan er occulte infiltratie blijven door het bezit van occulte boeken, muziek en films. Door het kijken naar occulte programma’s worden de demonen uitgenodigd om intrek te nemen in het hart. Het luisteren naar demonische muziek kan zeer schadelijke zijn voor de geest van onze jongeren.
Hoogmoed, eigenzinnigheid en zelfzucht
Hoogmoed, controlezucht en eigenzinnigheid staan tegenover de zachtmoedigheid en nederigheid die Jezus ons leert. Hij nodigt en onderwijst ons in Matth.11:28-30: ‘Kom naar Mij toe, allen die vermoeid en belast bent, en Ik zal u rust geven. Neem Mijn juk op u, en leer van Mij dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart; en u zult rust vinden voor uw ziel; want Mijn juk is zacht en Mijn last is licht.’
Een nederige en zachtmoedige houding staat tegenover veel houdingen die vatbaar zijn voor boosaardig infiltratie. Veel christenen vertonen hierin niet het beeld van Jezus. De hoogmoed moet worden ontdekt en erkend. Hoogmoed en ‘baas willen blijven’ verhinderen geloofsgroei en staan de heiligmaking tegen. Er zijn bevrijdende gedachten naar jezelf en God nodig om in de vrijheid van Christus te kunnen leven. We lezen in Gal.5:1: ‘Sta dan vast in de vrijheid waarmee Christus ons vrijgemaakt heeft, en laat u niet weer met een juk van slavernij belasten.’ Er staat vanuit de grondtekst dat we ‘tot vrijheid zijn bevrijd’.
Welke lasten leggen we onszelf op?
Welke lasten leggen anderen ons op en welke last leggen wij onszelf op? Dat is nogal eens de vraag.
Leg je jezelf de lasten van hoogmoed, controlezucht of eigenzinnigheid op?
Leg je jezelf de lasten van angst, bezorgdheid en schuldgevoelens op?
Doe je dit met de volgende lasten: bitterheid, jaloersheid, boosheid, zelfzucht, negatief denken, ongeduld en wantrouwen?
Met al deze zaken speel je de boze machten in de kaart. Zij infiltreren op zwakke, zieke en beschadigde plaatsen. Zij hebben iets nodig om te kunnen voeden en iets te laten voortwoekeren. Geef daarom geen voeding aan al deze negatieve zaken, maar laat je voeden met het Brood des levens.
Geef geen voeding aan egoïstische zaken
Wanneer geef je voeding aan verkeerde egoïstische zaken in je leven? Ik laat nu samenvattend zaken uit een lijst van dr. Neil Anderson volgen. Als iemand behept is met een aantal van deze zaken, heeft hij bevrijding nodig van deze zonden:
Sterker verlangen mijn eigen wil te doen dan Gods wil.
Meer vertrouwen op eigen inzicht, ervaring, kracht en capaciteiten dan afhankelijk zijn van de leiding en kracht van de Heilige Geest.
Meer bezig zijn met het onder controle houden van anderen dan met de ontwikkeling van zelfbeheersing.
Te druk te zijn met egocentrische dingen en het behagen van mensen dan te sterven naar het doen van Gods wil.
Het moeilijk vinden toe te geven dat ik fout zit.
Teveel bezig zijn met de eer die ik denk te verdienen en de goedkeuring van mensen dan met de goedkeuring van God.
Denken dat ik nederiger, geestelijker, meer godsdienstig en meer toegewijd ben dan anderen.
Denk dat mijn eigen noden belangrijker zijn dan die van anderen.
Mijzelf op grond van academische, artistieke of atletische bekwaamheden en prestaties beter achten dan anderen.
Minderwaardigheidsgevoelens hebben die zich voordoen als valse nederigheid.
Niet op God wachten.
Andere manieren waarop ik mijzelf hoger acht dan goed is.
Onderwerp je aan God en bied weerstand
Neil Anderson leert ons: ‘Om vrijheid te vinden moeten wij de aanwijzing van Jak.4:7 volgen: ‘Onderwerpt u dus aan God, maar biedt weerstand aan de duivel, en hij zal van u vlieden.’ Wij onderwerpen ons aan God door het belijden van zonde en door berouw (ons afkeren van de zonde). Wij weerstaan de duivel door zijn leugens te verwerpen. Trek in de plaats daarvan de wapenrusting Gods aan en wandel in de waarheid (Zie Ef.6:10-20).’
In het bevrijdingspastoraat hebben we steeds opnieuw weer bevrijding nodig van zaken die dwangmatig kunnen worden. Een oud gezegde is: ‘Weersta de eerste beginselen.’ Waar de zonde de kop opsteekt, moet je deze gelijk afhakken. Gaat een zonde voortwoekeren, moet je deze met wortel en tak uitroeien. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan.
Blijvende nazorg
Neil Anderson geeft ons door voor de nazorg: ‘Het is boeiend om uw vrijheid in Christus te ervaren. Maar wat u hebt verworven, moet worden onderhouden. U hebt in de oorlog een heel belangrijke veldslag gewonnen, maar de oorlog duurt voort. Om uw vrijheid in Christus te bewaren en in Gods genade te groeien, moet u doorgaan met het vernieuwen van uw denken op basis van Gods Woord.’
Het motto voor blijvende vrijheid is:
negeer de leugen en kies voor de waarheid.
Anderson houdt ons voor: ‘Onze roeping is niet om de duisternis te verdrijven, maar om het licht aan te steken. U geraakt negatieve gedachten niet kwijt door ze allemaal te berispen, maar door ze te belijden en voor de waarheid te kiezen.’
Adviezen voor een gezond geloofsleven
Anderson geeft ons adviezen om gezond te kunnen opgroeien in het geloofsleven. Als we mogen groeien naar het beeld en de gezindheid van Christus zullen we in de vrijheid kunnen blijven staan. Anderson adviseert onder meer:
Zoek een groep christenen waar u zichzelf kan zijn. Sluit u aan bij een christelijke gemeenschap waar Gods Woord vriendelijk en genadig wordt onderwezen.
Bestudeer en overdenk Gods Woord elke dag.
Laat uw gedachten niet passief afdwalen en let in het bijzonder op waar u naar kijkt en naar luistert (muziek, TV, etc.). Breng uw gedachten actief onder de gehoorzaamheid aan Christus.
Leer om door de Heilige Geest te bidden.
Bedenk dat u verantwoordelijk bent voor uw mentale, geestelijke en lichamelijke gezondheid.
Besteed aandacht aan uw groei als discipel van Christus, zodat u groeit in heiliging en steeds meer wordt zoals Hij.