E-boek Opwekking tot reformatie. Een oproep voor de reformatorische gezindte. Een vervolg op Ontwaakt!

Copyright: Jan A. Baaijens, jongerenpastoraat.

Een vervolg op het boek Ontwaakt! is het boek: 

Opwekking tot reformatie, uitgeverij Groen, Heerenveen 1999

Met een boekbespreking van ds. C. den Boer

 

 OPWEKKING TOT REFORMATIE

Introductie

De reformatorische kerken moeten zich altijd blijven reforme­ren. Dit boek roept hiertoe op. Vanuit de beginselen van de (Nade­re) Reformatie wordt verder gezocht naar een aansluiting met onze postmoderne tijd. Het is een posi­tief vervolg op het boek “Ontwaakt!”. Het “naar-binnen-gekeerde christendom” moet naar-buiten-toe vruchten gaan dragen! Door middel van opwekkende voor­beelden uit de kerkge­schie­denis wordt ons ter navolging een getuigend ge­loofsle­ven voorge­houden. Dit boek laat zien hoe kloven kunnen worden overbrugd door “een oorlog van liefde”.

In de “historische vonken” komen we een wonderlijke ontwik­ke­ling vanuit het Duitse piëtisme tegen, waaruit opwek­kin­gen zijn voortgeko­men tot in Engeland en Rus­land.

Laten we in biddend opzien tot de Heere zoeken naar een nieuw reveil… Bij Hem is de Levensbron. Hij laat de stromen van zegen neerdalen!

 Inhoudsopgave

  1.  EEN OPROEP TOT EEN

    NIEUWE REFOR­MA­TIE!

 1.1    Inleiding en doelstelling         

1.1.1  Voortgaan op de oude paden…

1.1.2  Een nieuwe uitdaging

1.1.3  Overbrug de kloof!

1.1.4  Door een oorlog van liefde

1.1.5  Onze roe­ping!

1.1.6  Onze hoop op God stellen!

 1.2    Een voortgaande reformatie is nodig

1.2.1  Welke geestelijke ervaringen?

1.2.2  Waarom niet blijvend gerefor­meerd?

1.2.3  De gemiste aansluiting

1.3    Belemmeringen voor een nieuwe reformatie

1.3.1  Het ongelovig verwerpen

1.3.2  Specifieke belemmeringen

1.3.3  Reiniging door genademiddelen

1.3.4  Theorie of praktijk?

1.3.5  Twijfel of zeker­heid?

1.3.6  Bij de roomsen en protestanten

1.4   Historische vonken 1

1.4.1  De piëtistische hervorming

1.4.2  Ds. Spener

1.4.3  De piëtistische gezel­schappen

1.4.4  Ds. Francke

1.4.5  Een vernieuwende stroming

2.  DE KRACHT OM TE OVERWINNEN

2.1    Een hemelse krachtbron is nodig 

2.1.1  De wereld in de kerk

2.1.2  Welke krachtbron?

2.2    Ikabod

2.2.1  Ikabod-tijden

2.3    Wat moet er gebeuren?                              

2.3.1  Als schapen achter de goede Herder aan

2.3.2  Gehoorzamen

2.3.3  Verliezen van eigen leven

2.3.4  Gods eer zoeken

2.3.5  Geestelijk vrucht dragen

2.3.6  Reiniging

2.3.7  Toewijding

2.4   Historische vonken 2

2.4.1  Graaf Von Zinzendorf (1700-1760)

2.4.2  De school der verbrijzeling

2.4.3  Verdere ontwikkelingen

2.4.4  Door genade alleen!

2.4.5  De weg naar een getuigend leven…

2.4.6  Bedelaar en overwinnaar

2.5    Nieuwe wijn en oude wijn                              

3.  CHRISTUS NAVOLGEN…  

3.1    Door in Christus te blijven

3.1.1  In het kruisdragen

3.1.2  In opoffe­ring

3.1.3  In daden

3.1.4  In de levenswandel

3.1.5  In het getui­gen

3.2   Historische vonken 3

3.2.1  De Moravische Broeders

3.2.2  Het verborgen zaad

3.2.3  Christiaan David en het toevluchtsoord

3.3    Een strijdende zendingskerk                            

3.4   Historische vonken 4

3.4.1  Strijd en overwinning in Herrnhut

4.  EFFECTIEVE MIDDELEN                      

4.1    De verkondiging

4.1.1  Radicale confrontatie

4.1.2  De opwekkingsrede van Calvijn

4.1.3  Zoeken naar aanslui­ting

4.1.4  Tijdens opwekkingen

4.1.5  Op welk spoor zetten we onze jonge­ren?!

4.1.6  Maak het zicht­baar!

4.1.7  Als een bron van levend water

4.1.8  Let op de uitstraling!

4.1.9  Een goede evange­list

4.2    Opzoekende liefde

4.2.1  Het koninkrijk van God is nabij gekomen

4.2.2  Het bekennen van de bezoeking

4.2.3  Christus en Zacheüs

4.2.4  Christus en de Sama­ri­taanse vrouw

4.2.5  Het niet bekennen van de bezoeking

4.2.6  Christus als een “open­baar persoon”

4.3   Historische vonken 5

4.3.1  Het begin van de methodistische hervorming

4.3.2  De “holy club”

4.3.3  De Moravische Broeders en John Wesley

4.4    Persoonlijke opwekking

4.4.1  De kracht van de Heilige Geest

4.4.2  Opwekkende geestelijke ervaringen

4.4.3  Andrew Murray

4.5    Gaan op de beloften    

4.5.1  Het zeil ophouden

4.5.2  Grachten graven

4.5.3  Lege vaten gereedzetten

4.5.4  Genademiddelen gebruiken!

5.  STROMEN VAN ZEGEN                         

5.1   Historische vonken 6

5.1.1  Opwekking in Engeland

5.1.2  Tijden van opwekking

5.2    Zo spoedig mogelijk naar Christus!  

5.3    Het werk van de Heilige Geest             

5.4    Stromen voor droge gebie­den

5.4.1  Een rijke zegen voor Rusland

5.4.2  Stundisten

5.4.3  Gods leiding

5.4.4  Evangeliserend zingen

5.4.5  Iedere baptist een zendeling

5.5   Historische vonken 7

5.5.1  Evangelisatie en opwekking in Rusland

5.5.2  De opwekking in Wald­heim

5.5.3  Reizende evangelisten

5.5.4  Groeien in de verdrukking

5.5.5  Vindingrijke evangelisten

5.6    Een voorbeeld om na te volgen…                     

5.7    De christelijke loopbaan                             

Bronvermelding en literatuur

 

Boekbespreking

J. A. Baaijens, Opwekking tot reformatie, Heerenveen 1999, 132 pag.

ƒ 24, 95, paperback, ISBN 90-5829-018-2.

Gepubliceerd op: 17 februari 2000.

Bespreking door ds. C. den Boer

De auteur van dit boek – godsdienstdocent – is een ”bevlogen” man met een hartstochtelijk verlangen naar een geestelijke en kerkelijke opwekking. Zijn boek Opwekking tot reformatie mag gelezen worden als een vervolg op zijn eerder (1997) verschenen boek ‘Ontwaakt’ waarin hij (aanspoorde) tot opwekking, herstel en geestelijke groei. In dit boek opnieuw een appèl tot een doorgaande reformatie in onze reformatorische kerken waar de ingezonkenheid, dodigheid en afval met handen te tasten is en waaraan de geest van de postmoderne cultuur zeker niet voorbijgaat. Het boek van Baaijens is een fel protest tegen dode orthodoxie, geestelijke dodigheid, wetticisme, systeemdwang/schematisme (men belijdt zijn geloof niet/met gelooft zijn belijdenis), tegen de verinnerlijking en geloofsonzekerheid waarin de Nadere Reformatie verzandde. Daartegenover wekt Baaijens ons op om in de ”windstille” tijd die wij beleven, het ”zeil op te houden” (103), gelovig gebruik te maken van het onvoorwaardelijk aanbod van Gods genade, de middelen te gebruiken en niet in halfheid en onzekerheid te blijven steken.

Baaijens boek is echter vooral een vurig pleidooi voor ”orthopraxie” (leven in heiligmaking), voor ”voorbeeldig” en werfkrachtig christendom dat bereid is om beide handen in het vuur te steken voor wat het belijdt ”Een warm geestelijk leven van liefde en vrede in de geloofsvereniging met de Heere Jezus Christus” (12), met een uitstraling vooral ook naar de jongeren toe. Elke boodschapper van Gods heil realisere zich, hoe diep de kloof is met de postmoderne tijd (kilheid, onzekerheid, individualisme, egoïsme, materialisme).

Zo kan Gods gemeente een ”veilige thuishaven”, maar ook een ”goede uitvalsbasis” zijn.” Indrukwekkend zijn de beschrijvingen van opwekkingsbewegingen (in op grijze ondergrond gedrukte ”historische vonken”) vanaf de tijd van de Reformatie. Baaijens ziet deze als ”richtlijnen vanuit opwekkingen in de kerkgeschiedenis”. Achtereenvolgens in de Nadere Reformatie, in het piëtisme in Duitsland: ds. Spener/ds. Francke; Graf Von Zinzendorf/Hernhutterbeweging, de Moravische Broeders; in Engeland, na de puriteinen: John Wesley, George Whitefield; in Zuid-Afrika: Andrew Murray; in Rusland: o.a. de ”stundisten”. Al lezend wat er daar en toen is gebeurd, krijg ik een diep heimwee. Waarom gebeuren zulke dingen niet ook onder ons? Hebben we het te goed? Stellen we ons tevreden met zuiverheid in de leer? Hebben we liever het ”onzekere” voor het ”zekere” (geloof)?

Baaijens weet opperbest, dat we een geestelijke opwekking niet even maken; Het moet van boven, van Gods Geest wegkomen. Maar laat ons in elk geval doen wat onze hand vindt om te doen, zonder daarbij de toevlucht te nemen tot wereldse middelen als ”relirock en harde vormen van moderne gospel (gevaar bij evangelischen)” (82), want dat zijn meestal wegen van de kerk naar de wereld in plaats van omgekeerd. Ons past verootmoediging, wederkeer tot de levende God.

Ik moet zeggen, dat ik erg getroffen ben door de lezing van het boek van Baaijens. Het gebed om een ”reveil” is heel vaak mijn gebed, persoonlijk en in liet midden van de gemeente. En ik weet dat velen (collega’s, ambtsdragers, gemeenteleden) met mij daarom verlegen zijn. Toch moeten wij niet vergeten (en Baaijens moet dat ook niet vergeten):

a)    dat het er in Gods gemeente niet altijd zo buitengewoon, zo opzienbarend en massaal, zo ”extraordinair” aan toegaat als in tijden van geestelijke opwekking. Er is ook ”het gewone”. En dat hoeft niet benedenmaats te zijn. De stand van het geestelijk leven is veelal: ”Niet dat ik het alrede gekregen heb, of alrede volmaakt ben…” (Fil. 3 : 12). Er is geen reden dus om de zaak te overspannen. En er is altijd ook het gevaar van het remonstrantisme dat geen oog heeft voor het eenzijdige Godswerk in het leven van de mens.

b)    dat de Heere, ook als het geestelijk en kerkelijk aan het ebben is, zelfs als er sprake is van een Babylonische gevangenschap van de kerk, Zijn Sion nooit vergeet Hij houdt Zijn werk in stand, zij het wellicht soms niet meer dan in een ”gestolde vreugde van de Veluwe” (A. A. van Ruler). Dat betekent niet, dat wij het ”geloof van de knecht dat nog niet het geloof van het kind is” (98) de hand boven het hoofd willen houden of met het halve en gereserveerde genoegen willen nemen. We moeten niet over het hoofd zien wat God – elke zondag vooral in de dienst der verzoening – in ons land bezig is te doen. Het genademiddel waardoor de mensen steeds worden opgeroepen tot ”een onvoorwaardelijke en gereserveerde overgave aan de Heere Jezus Christus”(Mc. Cheyne).

Ten slotte: een van mijn ”pia desideria” (vrome wensen): laat ieder die deze boekbespreking gelezen heeft, ook het boek van Baaijens zelf lezen en ermee tot zichzelf inkeren.. Ik ben de auteur heel dankbaar voor wat hij ons in zijn boek biedt Een goed onderwerp ook voor gemeenteavonden. Wellicht kan de auteur tijd vinden om er zelf over te komen spreken. Van harte aanbevolen.

C. den Boer