Hoe Ruben Vargas van een angsthaas een evangelist en geloofsheld werd
In zijn jonge jaren was Ruben een bangerik en een angsthaas, hoewel hij op 13-jarige leeftijd al meer dan 100 kilo woog. Ruben Vargas is geboren op 1 maart 1942 in El Paso, Texas. Hij woonde in zijn vroege jeugd nabij San José in de Verenigde Staten van Amerika. Zijn vader was voorganger in een kleine Spaanssprekende gemeente.
Hij had een grote sociale angst voor anderen. Hij ging al mis op de eerste schooldag. Hij werd in de eerste klas voorgesteld aan de onderwijzeres. Ze zei bij deze eerste ontmoeting: ‘Hallo Ruben, ga daar maar zitten.’ Toen hij daar zat, waagde hij het niet om zich zelfs maar te bewegen. In deze voor hem nieuwe situatie zag hij dat hij groter was dan de andere kinderen. In de pauze durfde hij zich niet te mengen met de andere kinderen.
Uit angst is hij toen naar huis gevlucht. Hij werd daarna opgehaald vanuit school. In de klas ging hij per abuis zitten op de stoel van de juffrouw. Daar werd om gelachen in de klas en hij voelde zich in de hoek gedreven.
Zijn grote verlegenheid en angst
Het gevoel van enorme verlegenheid bleef maar terugkomen, hoewel hij groter en forser was dan de anderen van zijn leeftijd. Wanneer hij voor een groep mensen moest staan, voelde hij zich ingesloten en niet in staat om daar iets te doen.
Toen Ruben Vargas 13 jaar was, kreeg hij ruzie met een van zijn zusjes. Zij rende naar binnen en deed de deur voor hem op slot. Hij bonsde daarbij op het nieuwe raam naast de deur, zodat het glas brak. Bang voor de straf vluchtte hij weg, terwijl zijn vader achter hem aankwam. Hij liep met zijn 100 kilo zo hard als hij kon en verdween.
Vluchten achter de televisie en in een leegstaande auto
Toen hij wat bijgekomen was, liep hij door de stad San José naar zijn lievelingsplek. Daar verkocht hij de middagen kranten, wat gebeurde op straat. Toen wandelde hij verder naar een zaak, waar ze televisietoestellen verkochten. Daar kon je zomaar vrijblijvend televisie kijken (die ook wel in de etalage stonden). Je kon jezelf dan een beetje schuilhouden, zodat je niet opviel, zoals onder een Mexicaanse sombrero, een hoed met een grote rand. Hij bleef daar nogal eens uren naar kijken, totdat de winkels dicht gingen. In feite was het door de televisie dat Ruben niet meer naar de kerk ging, hoewel hij ook angst had om in een grotere groep mensen te zijn.
Op zijn vlucht deed hij dat ook, totdat hij zich realiseerde dat het donker werd en honger had. Hij ging op weg naar huis, maar het gevoel van angst kwam weer sterk in hem op. Hij durfde niet, maar glipte een groot terrein van tweedehands auto’s op. Hij vond daar een auto die niet op slot zat en ging daarin slapen. Zo bleef hij enkele dagen uit angst weg.
De wegloper
Hij bleef maar weglopen, bij elke onenigheid. Daarna nam zijn vader hem apart en gaf aan dat hij als voorganger een slecht voorbeeld gaf als hij zijn kinderen niet goed kan opvoeden. Daarna was Ruben niet bang meer voor zijn vader. Hij liep niet meer weg van huis.
Na de derde klas van de middelbare school kon hij naar het hoger onderwijs, maar daar voelde hij zich niet thuis. Hij stond eens bij het hek van het sportveld toen de directeur naar hem keek en zei: ‘Iedereen hoort nu hier op de velden te zijn en mee te spelen. Niemand hoort nu buiten te staan…’ Toen maakt Ruben dat hij weg kwam. Niet lang daarna bleef hij van school weg. Zo werd hij bordenwasser in een restaurant. Hij vond het fijn om te koks te helpen en werd daar almaar dikker.
De massale tentbijeenkomst van evangelist Oral Roberts
In die tijd kwam de bekende evangelist Oral Roberts naar San José, om daar te spreken in een massale tentbijeenkomst. Ruben had al heel wat keren op de televisie gezien en naar hem geluisterd op de radio. Hij luisterde zelf graag naar zijn vader als die preekte, maar was uit ook uit angst voor de mensen gestopt om de diensten bij te wonen.
Nu wilde hij Oral in eigen persoon horen. De drang was zo groot dat Ruben bedacht: ‘Ik ga erheen om hem te zien.’ Op de bewuste avond kwam hij vlak voor de dienst bij de grote tent van de meeting. Hij keek uit naar een veilige plaats aan de rand van de menigte, waar hij niet opviel. Toen zag hij een lege plaats op een hoekje. Vlug ging hij er naartoe. En ineens was daar die glimlachende man, die hem zei: ‘Het spijt me, maar dat een plaats voor mensen van de ordedienst. Hier kun je niet zitten. Ga maar mee. Ik heb een andere plaats voor je.’ Hij vroeg zich af waarom hij steeds maar weer de verkeerde stoel moest uitkiezen.
De man bracht hem helemaal naar voren. De medewerker bracht hem naar een plaats op de eerste rij. Ruben ging zitten, te bang om zelfs maar zijn hoofd op te heffen en om zich heen te kijken. Uiteindelijk kreeg hij de moed om eens rond te kijken. Toen zag hij dat één van de televisiecamera’s precies op hem stond gericht. Hij was in beeld! Hij dook weer weg en wilde dat hij niet zo groot was.
Zijn toespraak over lafaards
Robert had een toespraak over en voor lafaards. Hij gaf aan wat een lafaard is en waardoor iemand een lafaard wordt.
Verbaasd dacht Ruben: ‘Die weet dat ik hier zit!’ Het was alsof elk geheim hoekje van zijn leven openbaar werd gemaakt en in het licht kwam. En dat terwijl er ook een camera op hem gericht was. Daarna nodigde Roberts de mensen die Jezus wilden aannemen uit naar voren te komen. Er kon dan voor je worden gebeden.
Ruben verlangde wel om naar voren te gaan, maar hij was bang voor al die mensen. Toen de bijeenkomst afgelopen was, glipte hij met de massa naar buiten. Vanaf die avond was er iets in hem veranderd en in beweging gekomen. De preek van Oral kwam weer tot hem toen hij op de stille avond naar huis liep. Een intens verlangen overspoelde hem en hij kwam in gebed voor het eerst sinds jaren.
Het gebed en verlangen van Ruben
Hij bad de volgende woorden: ‘Lieve God, ik weet dat ik een zondaar ben. Ik wil dat U wat met me doet. Ik weet niet wat ik ooit voor U zou kunnen doen… Bekijkt U me maar eens. Ik ben te dik, en ik ben verlegen. En God, ik ben bang. Maar als U wat met me kunt, God, wilt U me dan gebruiken?’
De volgende zondagmiddag ging hij met zijn vader naar de bijeenkomst van Roberts. Daar kwam hij op de uitnodiging naar voren, samen met anderen. Hij wist dat dit het ogenblik was waarop hij in het openbaar zijn leven aan God moest toewijden. Hij stond daar vooraan, tussen de mensen, in het zicht van de massa.
Vanaf die tijd woonde Ruben weer de diensten in de gemeente bij. Hij nam ook weer actief deel in het gemeentewerk. Hij wilde God oprecht dienen. Tijdens een dienst van een evangelist kwam er een verlangen in hem om predikant te worden.
Na een tijdje gaf hij zijn getuigenis voor tweeduizend mensen, zonder eraan te denken dat hij wel eens bang zou kunnen zijn. Hij was al ingeschreven bij een bijbelschool. Hij ging op een school in Zuid-Californië. Hij heeft van september 1960- juni 1964 toen Bijbelse theologie gestudeerd aan het LABI College. Later heeft hij voor zendeling gestudeerd. Vanaf 1974 is geordineerde voorganger geweest en zendeling bij The Assemblies of God World Missions.
Hij sprak in die tijd over het Evangelie met Spaanssprekende mensen. Bij het evangeliseren vergat hij zichzelf en zijn angst. Hij dacht dat hij geen voorganger zou kunnen zijn en gaf aan: ‘Al wat ik ooit kan, is helpen.’
Evangelist bij Jeugd met een Opdracht
Hij ging huis-aan-huis werk doen bij de Youth with a mission (YWAM). Hij ondernam vele evangelisatietochten met de Jeugd met een Opdracht, vooral in Midden-Amerika.
Toen hij met het Spaanssprekende team naar Mexico ging, kwamen ze erachter dat hij een diploma van een bijbelschool had. Hij werd de evangelist van één van de teams en moest voorgaan in de diensten. Hij had echter niet meer dan drie toespraken in zijn koffer. Deze drie goede preken hield steeds weer opnieuw op de verschillende plaatsen. Op den duur vroegen de jonge teamleden hem om eens een andere preek te houden.
Na wat pogingen om het uit een zwart prekenboek te halen, bracht hij het in gebed om zelf nieuwe toespraken te kunnen maken. Hij ontdekte dat hij meer geestelijke kracht ervoer als hij vastte. Toen hij dat ging doen op de dag dat hij diensten hield, merkte hij dat dit voor hem werkte. Na de avonddienst gebruikte hij dan maar één maaltijd. Daarna volgde ook genezingen op het gebed. God was met hem en Ruben werd rijk gezegend in zijn dienst.
In Honduras mocht hij met het team diensten houden voor soldaten en in de gevangenis, waar ongeveer 2000 gevangenen waren. De generaals spraken er positief over. Al gauw daarna sprak Ruben vier keer per dag daar voor de radio. Een generaal zei tegen het team: ‘Het is duidelijk dat wat jullie brengen het enige middel is om in dit land het communisme te keren. Daarom hebben we de stad voor jullie opengegooid.’
Zeven maanden werkte hij in Guatemala, in kerken en in openlucht diensten. Daarna met teams in Nicaragua. Hij werkte in Centraal-Amerika met de YWAM teams in de zomer van 1969. In januari 1970 ging hij naar Paraguay om daar een jaar te werken in Zuid-Amerika.
Dapper optreden als evangelist in een angstige situatie
Hij was eens evangelist van een meisjesteam in Dario in Nicaragua. Het is duidelijk dat ze ook wel bescherming nodig hadden in bepaalde gevaarlijke gebieden waar ze kwamen.
Ruben was vroeger als tiener zo bang dat hij uit angst zijn toevlucht had gezocht in een leegstaande auto. Hij was als lafaard tot bekering gekomen. Kan een lafaard ook een geloofsheld worden? De test kwam daar in Dario.
Op een avond kwam er een man de kerk binnen waggelen. Ruben kon zien hoe een revolver uit zijn zak stak. De man was dronken en bleef hard praten. Na de dienst, terwijl Ruben aan het bidden was met de mensen die naar voren waren gekomen, ging de man naar buiten en begon in het wilde weg te schieten.
Toen de kerk uit was, waren er nog de meisjes van het team. De man kwam toen weer naar binnen en liep naar de meisjes toe. De meisje werden door Ruben naar de zijdeur verwezen. Hij liep naar de man toeliep. Wat moest hij zeggen in deze gevaarlijke situatie? Hij besloot hem het Evangelie te brengen en sprak: ‘Meneer, ik zou u graag willen vertellen over Jezus Christus en wat hij voor mij betekent.’
De man gromde ongeduldig en bleef naar de meisjes kijken. Ruben hield hem maar aan de praat. De meisjes slopen de zijdeur uit. Toen de man zag dat hij niet om de grote Ruben heen kon, draaide hij zich om en liep hij naar buiten. Bij Ruben was ook nog een andere jonge man van de YWAM op dat moment, namelijk Marty.
Toen zagen ze dat de man terugkwam van het speelhol aan de overkant van de straat, samen met tien andere mannen.
Ruben, de oorspronkelijke lafaard, nam zijn Bijbel stevig in zijn hand. Hij ging samen met Marty in de deuropening staan. Ruben dekte die deur met zijn grote afmeting bijna helemaal af. Hij sprak tot de mannen: ‘Dus jullie willen horen over Jezus Christus.’
De mannen rekten hun nek om te zien of de meisjes nog binnen waren. Ruben en Marty gingen door met getuigen. Tenslotte draaiden de mannen zich om weg te gaan. Terwijl ze weer naar de goktent liepen, dreigden ze: ‘Maar we komen terug!’
Omdat hij niet langer bang was…
Ruben grendelde de grote deuren van de kerk af. Daar zouden de mannen niet door naar binnen kunnen komen. Maar er was ook nog een poort in de muur van de binnenplaats. Daardoor zouden de mannen gemakkelijk kunnen inbreken. De poort moest worden geblokkeerd… maar hoe dan wel?
Hij sloot de poort en stapte in de auto. Hij zette die zo dicht mogelijk voor de poort. Toen sloot hij alle deuren van de auto af en ging hij op de achterbank liggen. Daarbij zei hij: ‘Als ze vannacht proberen dat huis binnen te komen, zullen ze eerst over mij heen moeten klimmen.’
Die nacht sliep Ruben Vargas, ver weg in Nicaragua, weer op de achterbank van een auto. Maar dit maal lag hij daar omdat hij niet langer bang was.
Ruben Vargas is geboren op 1 maart 1942 in El Paso, Texas.
In zijn jeugd besloot hij de roeping van God te gehoorzamen en verliet hij zijn land en familie. In 2014 was hij 50 jaar zendeling in Latijns Amerika (het meest in Midden-Amerika).
In 2014 verbleef hij in Puebla, Mexico, waar hij God diende, samen met zijn vrouw Angie en zoon Abram. Toen is het boek over zijn leven en dienst uitgegeven (zie afbeelding).
Deze waargebeurde geschiedenis heb ik, Jan A. Baaijens, gehaald en bewerkt uit het boek van R. Marshall Wilson over Youth With A Mission, getiteld: Gods Guerrilla’s.